Voorstel reglementering Vlaamse volksraadpleging

In afwachting dat de Grondwet zodanig wordt gewijzigd dat een bindend referendum mogelijk wordt op elk bestuursniveau, dient het voorstel van decreet – van Dirk Holemans, Sven Gatz, Peter De Ridder en André Denys – houdende instelling van een deelstatelijke volksraadpleging kaderend in de procedure van onderzoek zo snel mogelijk van kracht te worden en aangepast met het onderhavige voorstel.

 

Voorstel reglementering Vlaamse volksraadpleging

Inleiding

De onderscheiden onderdelen van het voorstel worden hier zonder enige motiverende uitleg weergegeven teneinde de tekstomvang te beperken. Het spreekt echter vanzelf dat desgewenst ieder aspect ervan verantwoord kan worden, met verwijzingen naar de bronnen. Het voorstel moet dus nog worden omgezet in de juiste juridische vorm.
 
 

Voorstel van reglement Vlaamse VRP

1) Het VP (= Vlaams Parlement) kan, hetzij op verzoek van de inwoners van Vlaanderen (= volksinitiatief), hetzij op eigen initiatief, beslissen de inwoners te raadplegen over alle aangelegenheden waarvoor het VP volledig of gedeeltelijk bevoegd is.
De vragen dienen zo geformuleerd te zijn dat met ja of neen kan worden geantwoord.
 
 
2) De Vlaamse Adviescommissie voor Volksraadplegingen is verplicht binnen dertig kalenderdagen advies uit te brengen over ieder voorstel van vraagstelling dat haar wordt voorgelegd.
 
 
3) De Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden maakt een modelformulier bekend waarop de handtekeningen ter ondersteuning van het volksinitiatief moeten worden ingezameld. Dit verzoekformulier is één A4-formaat groot en bevat de volgende vermeldingen:
 

- VLAANDEREN;

- Opschrift: VERZOEK TOT HET HOUDEN VAN EEN VLAAMSE VOLKSRAADPLEGING;
 
- 'De hierna vermelde minstens zestienjarige inwoners van Vlaanderen verzoeken om, overeenkomstig de artikelen …van het Vlaamse decreet, een gewestelijke volksraadpleging te houden omtrent de volgende vra(a)g(en):'
 

(ruimte voor de vraagstelling in vet)

 

 

 

- De tekst van artikel 196 van het Strafwetboek in cursief;

 

 

Naam en voornaam

(leesbaar schrijven!)

Geboortedatum

Woonplaats (adres)

Handtekening

1

 

 

 

 

2

 

 

 

 

3

 

 

 

 

4

 

 

 

 

5

 

 

 

 

6

 

 

 

 

7

 

 

 

 

8

 

 

 

 

9

 

 

 

 

10

 

 

 

 

 

- 'Gelieve dit formulier te bezorgen aan de initiatiefnemer(s): (naam, voornaam, geboortedatum en adres van de initiatiefnemers';

- Indien bij de controle gebruik zal worden gemaakt van een informaticaprogramma dat een persoonsgegevensbestand doet ontstaan dat is onderworpen aan de privacywetgeving, dient bovendien de volgende vermelding te worden toegevoegd: 'De Vlaamse regering, verantwoordelijk voor de verwerking, verwerkt de voornoemde persoonsgegevens enkel in het kader van de controle voorzien in artikel... van het Vlaamse decreet en dus enkel om na te gaan of er voldoende geldige handtekeningen zijn. U hebt recht op inzage alsmede op verbetering van uw persoonsgegevens'.
 

De Vlaamse regering (VR) is verplicht aan een initiatiefnemer die erom vraagt het verzoekformulier gratis binnen dertig kalenderdagen te bezorgen. Doet de VR dat niet binnen die termijn, dan is de initiatiefnemer van de VRP gerechtigd om zelf het modelformulier conform de reglementering te vervolledigen en er handtekeningen op te verzamelen.

 

4) Om te verzoeken om of deel te nemen aan de VRP moet men:

  1. in het bevolkingsregister van een Vlaamse gemeente ingeschreven of vermeld zijn;

  2. de volle leeftijd van zestien jaar hebben bereikt op de datum van de VRP.

Om te verzoeken om een volksraadpleging moeten de voornoemde voorwaarden volgens het geval vervuld zijn op de datum waarop het inleidend of definitief verzoek werd ingediend.

Om deel te nemen aan de VRP moet de voorwaarde a) vervuld zijn op de datum waarop de lijst van de deelnemers aan de VRP wordt afgesloten en de voorwaarde b) op datum van de VRP waarop de lijst van deelnemers aan de VRP wordt afgesloten.

 

5) Op verzoek van de initiatiefnemer(s) van de VRP zorgt de VR ervoor dat de verzoekformulieren:

  1. ter beschikking gelegd worden aan de gemeentelijke infobalies;

  2. in de gemeentelijke informatiebladen worden bijgevoegd;

  3. op de gewestelijke website gedownload kunnen worden en met een gecertificeerde handtekening ondertekend kunnen worden en doorgestuurd naar de initiatiefnemer;

  4. in de Vlaamse media opgenomen worden.

De initiatiefnemers zorgen zelf voor de inzameling van de formulieren.

 

6) Het inzamelen van handtekeningen op de openbare weg en op voor het publiek toegankelijke plaatsen is vrij en kan niet onderworpen worden aan een voorafgaandelijke toelating.

 

7) Het verzoek tot het houden van een Vlaamse VRP op volksinitiatief moet worden gericht aan de voorzitter van het Vlaams Parlement. Dit kan ofwel in de vorm van een inleidend verzoek (initiatiefase) ofwel in de vorm van een definitief verzoek, en moet vergezeld zijn van een gemotiveerde nota, de stukken die het VP kunnen voorlichten en desgevallend ook van het advies van de VAV.

 

8) Het overmaken van een verzoek kan ofwel per aangetekende brief ofwel door overhandiging tegen ontvangstbewijs, met vermelding van het aantal verzoekformulieren dat wordt overgemaakt. Deze verzoekformulieren worden door de initiatiefnemer(s) doorlopend genummerd.

 

9) Het inleidend verzoek moet worden ondertekend door minimaal 0,2 procent van de minstens zestienjarige inwoners van Vlaanderen.

 

10) Het definitief verzoek tot het houden van een Vlaamse VRP moet worden ondersteund door minimaal 2 procent van de minstens zestienjarige inwoners van Vlaanderen.
 
 

11) De VR onderzoekt onmiddellijk of het verzoek is ondersteund door een voldoende aantal geldige handtekeningen. Daarbij wordt als volgt te werk gegaan: op de verzoekformulieren worden in de rechtermarge met een rood potlood

 

- met een ‘O’-teken de ongeldige handtekeningen aangeduid;

 

- met een ‘2X’-teken de dubbele handtekeningen aangeduid.

 

De resterende handtekeningen worden geacht te zijn aanvaard.

 

Er wordt een verslag opgesteld van de controle en dat verslag bevat een tabel waarbij per verzoekformuliernummer wordt aangegeven hoeveel geldige, ongeldige en dubbele handtekeningen er werden geteld. Zodra de controle is beëindigd, wordt het verzoek ingeschreven op de agenda van de eerstvolgende vergadering van de VR en van het VP.

 

12) Indien bij een inleidend verzoek de VR vaststelt dat er onvoldoende geldige handtekeningen zijn, wordt het originele inleidend verzoek zo vlug mogelijk integraal terugbezorgd aan de indiener samen met het voornoemde verslag. De initiatiefnemers krijgen aldus de mogelijkheid de ontbrekende handtekeningen bijkomend in te zamelen en dan desgevallend een nieuw inleidend verzoek in te dienen. Aan het VP wordt daarvan kennis gegeven.
 

13) Indien de VR heeft vastgesteld dat het inleidend verzoek werd ondersteund door een voldoende aantal handtekeningen, is de eerstvolgende bijeenkomst van het VP verplicht het voorstel te behandelen en een gemotiveerde beslissing te nemen over het verzoek.

Indien het VP het voorstel aanvaardt, heeft het volksinitiatief zijn doel bereikt.
 
Indien het VP het voorstel verwerpt, kan het volksinitiatief verdergaan naar de tweede fase, t.t.z. het definitief verzoek.
 
Het VP kan zijn beslissing over het inleidend verzoek voor ten hoogste twee maanden verdagen.

 

14) Het VP kan tijdens de initiatiefase voorstellen om de oorspronkelijke vraagstelling te wijzigen. Indien de vraagstelling niet wordt gewijzigd, tellen de in de eerste fase ingediende handtekeningen mee voor het definitief verzoek.
 

15) Het definitief verzoek moet worden ingediend overeenkomstig het punt 8 en gecontroleerd overeenkomstig het punt 11. De controle wordt beëindigd zodra het vereiste aantal geldige handtekeningen is bereikt. Zodra de controle is beëindigd, wordt het definitief verzoek ingeschreven op de agenda van de eerstvolgende vergadering van de VR en van het VP.

 

16) Indien het definitief verzoek volgens de VR onvoldoende geldige handtekeningen bevat, worden de initiatiefnemers daarvan onmiddellijk in kennis gesteld, wordt hen tegelijkertijd een afschrift van het controleverslag bezorgd en worden hen de modaliteiten om hiertegen in beroep te gaan bij de Raad van State (RvS) medegedeeld.

De RvS wordt verplicht binnen dertig werkdagen uitspraak te doen. De RvS is dan tevens verplicht alle ongeldig verklaarde handtekeningen te toetsen aan het rijksregister (RR) en zich dus niet enkel te beperken tot een steekproef.

Op zijn verzoek ontvangt de initiatiefnemer dan tevens binnen acht werkdagen toelating om het RR te raadplegen ter controle van de ongeldig verklaarde handtekeningen.
 
 
17) Indien er volgens de VR voldoende handtekeningen zijn, organiseert het VP een VRP, tenzij het VP klaarblijkelijk in generlei opzicht bevoegd is om over het verzoek te beslissen.

Het besluit van de VR inzake het afgewezen verzoek voor een VRP wordt steeds geagendeerd op de eerstvolgende parlementaire zitting.

 

18) De initiatiefnemers voor een VRP beschikken inzake Vlaamse VRP-aangelegenheden over hetzelfde inzagerecht als de Vlaams Parlementsleden met inbegrip van hetzelfde recht op afschrift van alle bestuursdocumenten die betrekking hebben op de VRP.
 

19) Bij een voldoende aantal handtekeningen wordt in die voornoemde eerstvolgende zitting van het VP beslist over

  1. de datum van de VRP;

  2. de grootte van het VRP-krediet.

Het VP kan een of meerdere van de voornoemde beslissingen ten hoogste voor een periode van twee maanden verdagen.

 

20) Elke beslissing over het houden van een volksraadpleging wordt uitdrukkelijk gemotiveerd. Deze verplichting is tevens van toepassing op elke beslissing die rechtstreeks betrekking heeft op een aangelegenheid die het onderwerp is geweest van een raadpleging. De initiatiefnemers van de VRP worden ambtshalve in kennis gesteld van de beslissingen en motiveringen die betrekking hebben op hun volksinitiatief.
 

21) De VRP heeft plaats binnen zes maanden na indiening van de vereiste handtekeningen en dit op een zondag.

Geen raadpleging kan plaatsvinden in een periode van drie maanden voor de gemeenteraadsverkiezingen en evenmin in een periode van veertig dagen voor de federale, gewestelijke of Europese verkiezingen. Zij kunnen wel plaatsvinden op dezelfde dag als een van de voornoemde verkiezingen.
 
 
22) De inwoners van Vlaanderen kunnen slechts eenmaal om de drie maanden worden geraadpleegd. Gedurende het tijdvak tussen twee vernieuwingen van het VP kan slechts één VRP over hetzelfde onderwerp worden gehouden.
 

23) Een Vlaamse VRP-commissie wordt opgericht telkens als er in het VP beslist wordt tot het organiseren van een VRP.

Deze commissie bestaat uit drie leden en drie plaatsvervangers voorgedragen en benoemd door het VP. Zo er een Vlaamse ombudsdienst bestaat, is de ombudsman ambtshalve een van de drie effectieve leden. Het VP wijst de voorzitter aan. Een lid mag geen politiek mandaat bekleden noch ambtenaar zijn in dienst van Vlaanderen. Een lid mag tevens niet direct betrokken zijn bij het onderwerp waarover de VRP wordt gehouden. De VR wijst een ambtenaar aan als secretaris van de commissie. De commissie regelt haar werkzaamheden en informeert ter zake het VP en de eventuele initiatiefnemers.
 

24) De VAV krijgt volgende bijkomende taken:

  1. uitspraak doen over alle klachten die bij haar aanhangig gemaakt worden betreffende de VRP;

  2. toezicht houden over de gelijke verdeling van de VRP-kredieten over de voor- en tegenstanders;

  3. ervoor zorgen dat beide partijen over een gelijkwaardige toegang tot de media beschikken;

  4. een informatiebrochure opstellen waarin het onderwerp van de VRP op een objectieve manier wordt uiteengezet. Deze brochure bevat minstens een algemene oproep om deel te nemen aan de VRP, de gemotiveerde nota die gevoegd was bij het definitieve verzoek, de vraag of vragen waarover de inwoners zullen worden geraadpleegd, een even grote en voldoende ruimte voor de voor- en (indien van toepassing) tegenstanders, stemadvies van middenveldorganisaties en de nodige uitleg over het bij volmacht stemmen.

  5. binnen vijf maanden na de VRP een evaluatie rapport opstellen inzake het verloop van de VRP. Zij kan daarvoor beroep doen op experten.

 

25) In elk VP-besluit tot organisatie van een VRP wordt een VRP-krediet vastgelegd dat voor 50 procent wordt toegekend ter subsidiëring van de voorstanders en voor 50 procent aan de tegenstanders. Het krediet bedraagt minstens 0,5 euro per potentiële deelnemer aan de VRP. Binnen zestig dagen na de VRP maakt de commissie een verslag op over de aanwending van de kredieten.

 

26) De VR is belast met de voorbereiding en de uitvoering van de VRP. Deze organisatie geschiedt zo veel mogelijk naar analogie van de procedures die gelden bij de Vlaams Parlementsverkiezingen en wordt bepaald bij een besluit van de VR.

 

27) Ten minste dertig kalenderdagen voor de dag van de raadpleging bezorgt de VR aan elk gezin en aan iedereen die erom verzoekt de informatiebrochure. Deze brochure wordt tevens kosteloos ter beschikking gelegd aan de gemeentelijke informatiebalies en de postkantoren.

 

28) Op de dertigste dag voor de raadpleging maakt de VR een lijst op van de deelnemers aan de VRP.
 

29) De deelname aan de VRP is niet verplicht. Elke deelnemer heeft recht op één stem. De stemming is geheim. Er is mogelijkheid om bij volmacht te stemmen in de gevallen voorzien in het kieswetboek.

 

30) De initiatiefnemers en de politieke partijen vertegenwoordigd in het VP hebben het recht getuigen af te vaardigen bij de stem- en telverrichtingen.
 

31) Er wordt steeds tot stemopneming overgegaan ongeacht het opkomstcijfer. De uitslag van de VRP wordt bepaald op basis van de gewone meerderheid van het totaal aantal uitgebrachte geldige stemmen per vraag.

De uitslag wordt onmiddellijk na het afsluiten van de telverrichtingen bekendgemaakt aan de bevolking.
 

32) de VR verwerkt in de eerstvolgende zitting de door de VRP genomen beslissing in het Vlaamse beleid.

 

33) De strafbepalingen die van toepassing zijn op het VP-verkiezingen zijn ook van toepassing op de VRP, met uitzondering van de bepalingen die betrekking hebben op de opkomstplicht. Er worden bijkomende strafbepalingen voorzien voor hen die inwoners onder druk zetten of bedreigen om het verzoek al dan niet te tekenen of al dan niet deel te nemen aan de VRP.
 

34) Bezwaren over de toepassing van de reglementering inzake de VRP worden zowel door de Bestendige Deputatie als door de Raad van State behandeld alsof het verkiezingsdossiers zijn (zie art. 74 tot 77 van de kieswet). Inzake art. 74 worden de initiatiefnemers en de Vlaams Parlementsleden beschouwd als kandidaten.