Verkiezingen en democratie

Definiëren verkiezingen een democratie?

Wie spreekt over democratie, heeft het meestal over verkiezingen. De dag waarop burgers naar de stembus trekken, wordt dan ook vaak de 'hoogdag van de democratie' genoemd. Burgers kunnen dan invloed uitoefenen op het beleid en het politieke landschap. Maar niet alle landen die verkiezingen houden, zijn democratisch. Denk maar aan China of Noord-Korea. En verkiezingen hoeven ook niet noodzakelijk de basis van een democratie te vormen.

 

Duik in de geschiedenis

Om dat te verklaren, moeten we even terug in de tijd. Democratie, van het Griekse dèmos (volk) en kratein (heersen), is een bestuursvorm waarin de wil van het volk de bron is van legitieme machtsuitoefening. In een democratie is de voltallige bevolking soeverein en is alle autoriteit dus gebaseerd op de instemming van het volk. Zo konden de Grieken tussen de zesde en vierde eeuw voor Christus via een centrale volksvergadering over wetgeving en ambtsbenoemingen beslissen - al moet hier wel bij gezegd worden dat het stemrecht toen nog erg beperkt was en vrouwen, slaven en vreemdelingen niet mochten meebeslissen. 

In een democratie is er in feite geen autoriteit boven de bevolking. De burgers hebben steeds de mogelijkheid om direct te beslissen over (grond)wetgeving. In moderne staten is zo'n model moeilijk werkbaar. Het volk laten stemmen over besluiten vergt heel wat tijd, geld en energie. Veel landen hebben dan ook een ander soort democratie: de representatieve democratie. De bevolking kiest in dat systeem vertegenwoordigers die vervolgens het bestuur uitvoeren. Zo kennen we in België het parlement (de wetgevende macht) en de regering (de uitvoerende macht) die van de burgers tijdens de verkiezingen hun mandaat krijgen.

 

Frustratie

Maar steeds vaker wordt deze groep vertegenwoordigers als autoritair ervaren. Kiezers hebben het gevoel dat er niet meer naar hen wordt geluisterd. Ze vinden dat volksvertegenwoordigers zich te veel verliezen in (partij)politieke discussies en dat ze te weinig luisteren naar de wensen, ideeën en voorstellen van de bevolking. Daardoor is het vertrouwen in de politiek, in België en elders, dramatisch gedaald en wordt de roep om burgerparticipatie alsmaar luider. De burger wil meer inspraak. 

Verkiezingen creëren dus als het ware een systeem waarin een kleine groep - de volksvertegenwoordigers - voor een hele bevolking beslissingen neemt. Net daar is de burger gefrustreerd over. De gekozen vertegenwoordigers zijn vaak onderworpen aan partijdiscipline en lobbygroepen, waardoor heel wat besluitvorming gewoon niet de wil van de meerderheid weerspiegelt. Het systeem biedt burgers voorts niet de mogelijkheid om tussen de verkiezingen door invloed uit te voeren, wat de democratische controle beperkt.

 

Perfect

Ze mogen dan wel traditie zijn in ons politieke systeem, maar verkiezingen zijn slechts een aspect van een echte democratie. Volksheerschappij, dat is de burger laten deelnemen aan het besluitvormingsproces. Dat kan via directe vormen van participatie, van referenda tot burgerraden en een goed petitierecht. Verkiezingen en democratie zijn dus allesbehalve inwisselbaar.