Belgische kranten hielden het stil. Ofwel een ultrakort berichtje, ofwel volstrekte stilte. Nochtans werd op 30 mei jongstleden een belangrijke stap vooruit gezet richting Big Brother. Die dag keurde het Europees Parlement een richtlijn goed betreffende de bescherming van de elektronische communicatie van burgers in de Europese Unie. Eigenlijk gaat het om een soort Stasirichtlijn, zoals het groene parlementslid Ilka Schroeder terecht opmerkte (Thorel).
Want van bescherming is geen sprake, wel integendeel. De richtlijn wil telecommunicatieoperatoren verplichten om allerhande gegevens betreffende hun klanten permanent te bewaren (wat op dit ogenblik niet gebeurt). Over welke gegevens gaat het? Vooreerst over de sporen achtergelaten door de lokalisatie van de gsm-toestellen. Indien het gsm-toestel ontvangstklaar is, laat het een elektronisch spoor na (via de verbindingsmasten) dat toelaat om de verplaatsingen van de bezitter te traceren. Deze gegevens moeten volgens Europa dus worden bewaard. Vervolgens moeten ook alle sporen van telefoonverbindingen, internetverbindingen en e-mailberichten permanent worden opgeslagen. Men registreert dus blijvend waar en naar wie u hebt getelefoneerd, wanneer u welke internetadressen hebt bezocht, met wie u e-mails hebt uitgewisseld, waar en wanneer u hebt gechat.
Hoelang duurt die opslag? De lidstaten kunnen dat vrij bepalen, en men spreekt vaak van één tot zeven jaar, maar in principe kan dat dus onbeperkt. De richtlijn voorziet dat de bewaarde gegevens ingekeken mogen worden ten preventieven titel. Dus ook wanneer geen enkele inbreuk werd vastgesteld, mag men toch je gangen nagaan, en dit zonder dat een onderzoeksrechter hiervoor een motivatie moet opstellen.
Een amendement, ingediend om deze orwelliaanse bepalingen uit de richtlijn te schrappen, werd op 30 mei verworpen met 340 stemmen tegen 150 en 4 onthoudingen. Het is van groot belang om te weten wie deze orwelliaanse maatregel precies heeft goedgekeurd. Vooreerst was daar de Europese partij PPE, waartoe ook onze christendemocraten behoren: slechts 6 van de 232 Europarlementairen van deze groep hebben geweigerd om het stembevel van hun fractie te volgen. En ten tweede is daar de sociaaldemocratische PSE. Hier hebben 22 van de 179 parlementairen de partijdiscipline doorbroken; al de anderen hebben amendement 20 verworpen en voor Big Brother geopteerd. De centrumrechtse ELDR, met 53 verkozenen, heeft daarentegen bijna unaniem voor amendement 20 gestemd.
De reikwijdte van deze Europese beslissing kan niet overschat worden. Zonder dat de pers van het regime een kik geeft, wordt de privacy van ons en onze kinderen hier op de zwaarst denkbare manier gehypothekeerd. Men moet deze richtlijn zien als onderdeel van een salamitechniek, waarbij de burgers gaandeweg meer en meer onder controle van de politieke klasse en de economische elite worden gebracht. Met deze richtlijn wil men ons laten wennen aan het idee dat al ons elektronisch verkeer door alle mogelijke anonieme ambtenaren en politiemensen voortdurend wordt bekeken. Vervolgens zal men gaan censureren: communicatie met dissidenten zal strafbaar worden, het zich begeven naar bepaalde plaatsen of vergaderingen zal tot huiszoekingen kunnen leiden, het consulteren van inmiddels verboden internetadressen zal tot aanhouding kunnen leiden (in Frankrijk en Duitsland zijn er reeds hardnekkige pogingen van staatswege geweest om bepaalde internetinhouden te weren). Het systeem zal op zelfcensuur door angst zijn gebaseerd; je blijft maar beter uit de buurt van verdachte plaatsen, personen of websites, want je kan geobserveerd worden; je kan ter verantwoording worden geroepen wegens feiten die jijzelf allang bent vergeten, maar die door Big Brother werden onthouden.
Het hele voorval is ook illustratief voor de manier waarop een gedegenereerde particratie werkt: beslissingen worden door de 'volksvertegenwoordigers' genomen tégen het volk, en ten voordele van de elite. De permanente bewaring van elektronische gegevens werd bijvoorbeeld actief gepromoot door G8, de belangenvereniging van de maatschappelijke elite uit de acht belangrijkste industriestaten.
De nieuwe EU-richtlijn staat niet alleen. In de USA staat een vergelijkbare maatregel op stapel (Poulsen). In Groot-Brittannië bediscussieert men op het hoogste niveau een regeling die zowat het hele staatsapparaat toegang zal verlenen tot de elektronische gegevens, dus ook lokale besturen, de meeste ministeries, en zelfs het postwezen (Graham-Rowe). Terwijl het twee jaar geleden nog formeel de bedoeling was om zware criminaliteit te bestrijden, roept men nu de noodzaak in om bijvoorbeeld het samenleven van twee personen te kunnen bewijzen. De burgers in de westerse wereld worden stap voor stap ingesponnen in een net van controles en registraties.