Op VRT NWS Organisator coronabetoging verdedigt keuze voor extreme sprekers: "Geen filtering, laat mensen zelf nadenken" | VRT NWS: nieuws bloklettert de VRT: “Organisator coronabetoging verdedigt keuze voor extreme sprekers: "Geen filtering, laat mensen zelf nadenken"
De organisator Tom Meert heeft van in den beginne verklaard dat het geen “coronabetoging” was maar een manifestatie voor een open debat, meer inspraak voor de bevolking; kortom voor meer democratie. Om die reden onderschreven wij bij Meer Democratie vzw dit initiatief en hebben we ook deelgenomen aan dit evenement. We weten dus uit ervaring dat het in Brussel een vreedzame en vaak ludieke manifestatie was. Maar dan doopt onze VRT journalist deze manifestatie om tot een “coronabetoging”. In het genoemde interview met Tom Meert wordt onmiddellijk gefocust op het geweld. Het werd georganiseerd door casseurs, provocateurs, donker uitgedost, gemaskerd, black bloc, parasiterend op de manifestatie. Op het einde van de manifestatie zuigen zij alle aandacht naar zich toe via een ‘confrontatie’ met de politie, wat uitgebreid wordt geregistreerd door de media. Politici grijpen dan de gelegenheid om krachtig ‘het geweld te veroordelen’ en in één adem de zogenaamde ‘antivaxers’ in een slecht daglicht te stellen. Dit staat lijnrecht tegenover datgene wat door de manifestatie werd uitgedragen.
Wat wil Europeans United bereiken?
Een open en publiek debat!
Dit is voor Meer Democratie van uiterst groot belang. Want de basis van de democratie is het gesprek waar iedere burger vrij spreekrecht heeft en er een ruime diversiteit aan informatiebronnen aanwezig is. Minister van Binnenlandse Zaken Verlinden, die ook te gast was in "De afspraak" (VRT 24-01-2022), spreekt tegen dat er geen debat wordt gevoerd over het coronabeleid. "Het parlement stemt mee wetten. Dat is een vorm van representatie van de bevolking en daarnaast is er oor voor debat. Er wordt gecommuniceerd en overlegd. U doet het voorkomen alsof er totaal niet geluisterd wordt naar de mensen. Ik denk dat dat een verkeerde voorstelling is." Deze uitspraak illustreert de volkomen wereldvreemdheid van mevr. Verlinden: Wie zetelt er in het parlement? Het parlement wordt niet verkozen door de burgers, maar door de partijbureaus. De burgers hebben geen inspraak in de samenstelling van de lijsten en ze kunnen niet stemmen op kandidaten uit andere kiesdistricten. In het parlement zitten dus partijvertegenwoordigers en geen volksvertegenwoordigers! Ons leven wordt beheerst via wetten gemaakt door een handvol mensen, die zich 'volksvertegenwoordigers' noemen, maar van wie het stemgedrag in het parlement onder directe controle staat van de partijhoofdkwartieren en niet de mensen die zij dienen te vertegenwoordigen.
De parlementaire debatten hebben dus plaats binnen het selecte clubje van partijsoldaten.
We leven dan ook in een 'particratie' en niet in een democratie! De waakhondfunctie van het volk en een echt feedbacksysteem ontbreekt dan ook totaal. Als de bevolking onrechtvaardigheden ervaart en ze wil rechtzetten wat kan ze doen in het huidige systeem? Protesteren, betogen en staken. Tegen wie? Tegen hun eigen regering! Dit is toch een teken dat de eigen regering wordt ervaren als een “vreemde macht”. Democratie is het maatschappelijke gesprek waarin we afspraken maken over hoe we met elkaar omgaan en welke wetten we willen in een staat waar het goed is om leven, dit is de rechtsstaat. Hier worden de verhoudingen van mens tot mens geregeld en dit belangt dus ieder individu aan. In een echte democratie hebben de burgers de mogelijkheid om via bindende referenda zelf hun zaken op orde te stellen en moet er niet gesmeekt, geprotesteerd of betoogd worden tegen een zogenaamde “overheid”. Wanneer voorafgaand aan het referendum tijd wordt voorzien om voor- en tegenargumenten in een publiek debat aan bod te laten komen, dan kunnen burgers wel degelijk overdacht hun stem uitbrengen. En hierover ging de manifestatie op 23 januari 2022 te Brussel
Controversiële sprekers
De media verwijten de organisator dat controversiële sprekers aan het woord kwamen. Ook Marc Reynebeau presteert het om in De Standaard van 26-01-2022 het volgende te schrijven: Wie desinformatie ernstig neemt, is niet uit op een open debat, maar eist de publieke erkenning van ‘alternatieve feiten’. Door dit te poneren heeft hij reeds à priori, alvorens er een debat heeft plaatsgehad, beslist wat ‘desinformatie’ is. Als deze informatie niet onderwerp van gesprek mag worden is het open gesprek in de kiem gesmoord. Het wezen van een open gesprek is dat alle standpunten en meningen aan bod mogen komen. Ook vergissingen of eventuele leugens want het doel van het gesprek, en zeker een wetenschappelijke discussie, is de waarheidsvinding. Vergissingen en leugens ontkracht je niet door ze te “verbieden” maar door ze onder ogen te zien en via redelijke argumentatie, te ontmaskeren. Hoe kan je dat doen als ze à priori geen onderwerp van gesprek mogen zijn? We moeten vermijden dat de waarheid niet naar boven komt, want anders wordt de waarheid de leugen die wint. Minister Verlinden heeft het over de verantwoordelijkheid van organisatoren om niet bij te dragen tot de polarisering. "U bent niet gecensureerd. U heeft het recht om te gaan betogen", zegt ze. "Maar als je iemand laat spreken met een heel controversiële mening zonder enig weerwoord, dan voer je geen dialoog." Dit is een uiterst oneerlijke uitspraak want we stellen vast dat de regering zelf de open dialoog steeds heeft verhinderd. Alleen een zeer beperkt aantal “experten” mochten hun stempel drukken op het coronabeleid. Talrijke andere wetenschappers die met hun eveneens gerechtvaardigde inzichten andere strategieën en maatregelen voorstelden werden belasterd, men pleegde karaktermoord, ze werden monddood gemaakt en zelfs ontslagen. Dat is pas censuur. De oproep om ‘niet te polariseren’ betekent dus dat de ‘pool’ van het officiële narratief zijn zin krijgt. Anderzijds is het tijdens zulk een manifestatie niet mogelijk om op alles woord en wederwoord te geven. Doel is om de andere inzichten en meningen naar boven te halen zodat ze achteraf aan bod kunnen komen in een open debat, met woord en wederwoord. Pas dan kan zin van onzin worden onderscheiden. Is het wel zeker dat de “experten” het bij het recht eind hebben? Er wordt verwezen naar “wetenschappelijke consensus”, maar men moet zich dan de vraag stellen: consensus bij wie? Als we – ook wereldwijd – andere wetenschappers, virologen, epidemiologen, psychologen en maatschappelijk werkers horen spreken is er van een algemene consensus helemaal geen sprake.
Het is dus van belang dat de burgers vrije toegang hebben tot alle informatie zowel over de virulentie van het virus als over de voor- en nadelen van de te nemen maatregelen. Vanuit hun rechtvaardigheidsgevoel en hun psychische en economische draagkracht kunnen ze dan zelf bepalen welke maatregelen adequaat en proportioneel zijn. In een democratie immers moeten degenen die de gevolgen van een beslissing moeten dragen kunnen mee beslissen. Het sociale vereist altijd het adequate en het proportionele. Wat is in mijn sociale omgeving voor mij en de gemeenschap nu passend en rechtvaardig? Het sociale plaatst mij in mijn relatie tot mijn omgeving en medemens, en vraagt continue aanpassing, vermits deze verhouding zich continu verandert; want beide kanten zijn onderhevig aan processen van verandering en ontwikkeling. Voor een constructieve ontmoeting tussen beide, is een democratisch proces van dialoog nodig, in een gesprek tussen gelijkwaardige mondige burgers. Dit heeft niet plaatsgehad. De coronamaatregelen zijn over de burgers heen gestulpt en als ze dan als onrechtvaardig en disproportioneel worden ervaren hebben de burgers niet de mogelijkheid om via een maatschappelijk gesprek corrigerend op te treden. En zij krijgen alsnog niet de mogelijkheid om het adequate en proportionele onder elkaar af te spreken. Dit betekent dat er iets fundamenteels schort aan het politiek systeem zelf; het systeem is dan niet democratisch genoeg want burgers moeten betogen en protesteren tegen de “overheid” om gehoord te worden.
Geweld
De interviewer verwijt aan de organisatoren te weinig te hebben gedaan om het geweld te voorkomen. Ook de Korpschef Yves Asselman van de zone Rhode & Schelde houdt de organisator van de coronabetoging verantwoordelijk. “De organisator weet toch wie hij uitnodigt. Er waren mensen uit het buitenland aanwezig, en dan weet je dat het niet Die Wiener Sängerknaben zijn.”.(Lotte Ruysschaert in Nieuwsblad van 27-01-2022)
Tom Meert repliceert hierop dat de relschoppers komen met de bedoeling de manifestatie te verstoren: "Tegen zo'n gecoördineerde aanval kan je weinig beginnen." Deze ‘casseurs ‘waren zeker niet uitgenodigd. Door hun systematische verschijning als een soort bloedzuiger op de manifestatie kan men zich de vraag stellen wie dit organiseert. In hun acties zit structuur en systeem. Anderzijds kan het bijna niet anders dan dat politionele instanties deze groepen kennen. In België is men bij wet verplicht herkenbaar te zijn op straat maar toch lopen deze lieden urenlang rond, gemaskerd, in pseudo-uniform en in groep, allerlei operaties uitvoerend zonder dat hen een stro in de weg wordt gelegd. Gedeeltelijke sturing op afstand van dit soort groepen (via infiltranten) lijkt een reële mogelijkheid. Te meer omdat dit aanleiding gaf om – met politiegeweld – de manifestatie voortijdig af te bereken. Zo konden een 14-tal sprekers hun zeg niet doen, waardoor een aanzet tot debat in de kiem werd gesmoord. In dat licht bekeken komt bij iedereen de reflexmatige vraag op: "...of was dit dan de bedoeling"?