Sinds vijftien jaar zet hij zich in voor de verspreiding van directe democratie: het recht van burgers om direct te beslissen over wet- en regelgeving via referenda en andere instrumenten. En niet zonder succes. Het mede door hem opgerichte Referendum Platform was een drijvende kracht achter het referendum over de Europese Grondwet in 2005 en de goedkeuring in april jongstleden door de Eerste Kamer van Nederlands eerste permanente nationale referendumwet. In zijn ogen is de directe democratie een integraal onderdeel van de sociale driegeleding. Een interview met journalist en activist Arjen Nijeboer.
Door Robert de Hoog
Begin 2015 gaat de Wet Raadgevend Referendum in. Wat verandert er dan?
AN: Dan kunnen burgers nationale referenda aanvragen over wetten en verdragen nadat deze door de Tweede en Eerste Kamer zijn aangenomen. Daarvoor moeten ze eerst binnen vier weken 10.000 handtekeningen inzamelen, dan binnen zes weken 300.000 handtekeningen. Deze handtekeningen mogen vrij op straat worden ingezameld, en we hopen dat inzameling via internet binnen afzienbare tijd ook mogelijk is. Als de handtekeningen goedgekeurd zijn, wordt de datum voor het referendum geprikt. Het referendum is geldig als minimaal 30% van de kiesgerechtigden deelneemt. Er is een onafhankelijke referendumcommissie, die maximaal twee miljoen euro subsidie verdeelt onder de ja- en neecampagnes. De uitslag is niet bindend, maar als de opkomstdrempel is gehaald, dan verwacht ik niet dat een Kamermeerderheid de uitslag durft te negeren.
Zijn jullie blij met deze wet?
AN: Enerzijds zijn we blij omdat we nu voor het eerst een werkbare nationale referendumwet hebben, die bovendien permanent is. De drempels van de Tijdelijke Referendumwet, die van 2002 tot 2004 bestond, waren twee tot drie keer zo hoog. Daarbij moest je 600.000 handtekeningen binnenhalen en die moesten allemaal op het stadhuis worden gezet. Dus deze wet is een grote verbetering. Anderzijds zijn de drempels in de Wet Raadgevend Referendum nog steeds heel fors en is het referendum niet bindend. We blijven daarom doorstrijden voor een bindende uitkomst, lagere drempels en langere termijnen. Een referendum zou altijd bindend moeten zijn en er zou geen enkele opkomstdrempel moeten zijn. Ook zijn wij voorstander van een volksinitiatief, waarmee burgers eigen voorstellen ter stemming kunnen brengen, en van een verplicht referendum over bijvoorbeeld grondwetswijzigingen en soevereiniteitsoverdrachten aan internationale organisaties.
Hoe hebben jullie die wet erdoor gekregen?
AN: Door een lange adem te hebben en niet op te geven, ook al waren er grote obstakels. Invoering van een permanente referendumwet is al twee keer eerder geblokkeerd, eerst door de VVD'er Hans Wiegel in 1999, daarna nog eens door dat rampzalige CDA-VVD-LPF-kabinet. Maar na het succesvolle referendum over de Europese Grondwet in 2005, waar wij als Referendum Platform ons hard voor hebben ingezet, hebben wij als referendumvoorstanders de koppen bij elkaar gestoken om weer een nieuwe poging te lanceren. Niesco Dubbelboer, medeoprichter van het Referendum Platform, zat op dat moment in de Tweede Kamer en heeft samen met collega's twee referendumwetten ingediend: de Wet Raadgevend Referendum en een grondwetswijziging die het correctieve referendum bindend zou maken. Het liefst zien wij dat de grondwetswijziging wordt goedgekeurd, maar deze heeft na de komende verkiezingen een tweederdemeerderheid nodig en die is er op dit moment niet omdat zowel VVD als CDA tegen zijn. Daarom hebben we ook een niet-bindende versie ingediend die je met een gewone meerderheid kunt aannemen, zodat we nu in ieder geval nationale referenda kunnen houden. We hopen dat de praktijk naar meer gaat smaken.
Dus ook het referendum over de Europese Grondwet is door jullie aangezwengeld?
AN: Ja, dat wil zeggen: het Referendum Platform heeft vanaf de start van de Europese Conventie in 2002 samen met partnerorganisaties in heel Europa gelobbyd voor het opnemen van direct-democratische instrumenten in de Europese Grondwet, wat tot de invoering van het Europees Burgerinitiatief heeft geleid, en voor het houden van nationale referenda in zo veel mogelijk EU-lidstaten over die Europese Grondwet. Van daaruit heeft zich de discussie in heel Europa uitgebreid. Toen Niesco Dubbelboer in 2003 in de Tweede Kamer kwam, heeft hij met collega's een wetsvoorstel ingediend. Dat is erdoor gekomen omdat de VVD onder Jozias van Aartsen een draai maakte en voor stemde. Daarnaast hebben wij ook het voortouw genomen voor de invoering van het volksinitiatief in Amsterdam, waar burgers referenda over hun eigen voorstellen kunnen afdwingen, en voor het nationaal burgerinitiatief, waarmee 40.000 Nederlanders een voorstel in de Tweede Kamer kunnen indienen.
Hoe verklaar je die opmars van directe democratie?
AN: Mensen zijn veel zelfstandiger dan vijftig jaar geleden, veel kritischer en mondiger. Ze willen niet langer al hun rechten uit handen geven aan een handjevol beroepspolitici en dan vier jaar aan de zijlijn staan. Hun vertrouwen in elites is afgenomen. Rudolf Steiner noemde dit verschijnsel de sociologische basiswet: in de loop van de geschiedenis emancipeert het individu zich uit allerlei groeps- en stamverbanden en wil het zelfstandiger en vrijer worden.
Mensen zien dat politici er ook regelmatig naast zitten, of eigen belangen hebben. Ons politieke systeem verkeert in een crisis. Je ziet overal in de westerse wereld soortgelijke tendensen. Verstandige politici zien dat en verzetten zich niet langer tegen democratische systeemveranderingen die directe zeggenschap geven aan burgers.
Waarom ben je zo'n voorstander van directe democratie?
AN: Ik ben er heel erg van overtuigd dat mensen zelf het beste weten wat goed voor hen is. Alle mensen hebben basaal genoeg geestelijke vermogens om de juiste keuzes voor henzelf te maken. Politici ontkennen dat ex- of impliciet vaak. Vertaald naar het politieke systeem geloof ik dat onze democratie gebaseerd moet zijn op het principe van de volkssoevereiniteit, het principe dat alle mensen in politiek en juridisch opzicht gelijk zijn en ook moeten zijn. Er moet geen elite zijn die wetten kan opleggen die de burgers niet willen. Daarom moet er, naast het parlementaire systeem, een direct-democratisch systeem zijn dat het parlement steeds kan overrulen. Het parlement heeft steeds het mandaat om te beslissen, tot voldoende burgers de hand opsteken ten teken dat zij direct-democratisch willen beslissen. Dan gaat het mandaat voor dat ene onderwerp van het parlement terug naar de bevolking, die vervolgens direct beslist per referendum.
Rudolf Steiner drukt het zo uit dat in het politieke en rechtsleven iedereen gelijk moet zijn. Voor mij betekent dat niet alleen dat wetten en regels voor iedereen in gelijke mate moeten gelden, maar ook dat iedereen de wetten en regels in gelijke mate moet kunnen vaststellen. Gelijkheid is echt het kernprincipe van de democratie. Dat heeft Steiner heel juist gezien. Een politiek systeem als het Nederlandse ontkent dat gelijkheidsbeginsel. Zelfs de Wet Raadgevend Referendum geeft aan politici bijzondere rechten, door bijvoorbeeld de grondwet, begrotingswetten en wetten die de monarchie regelen uit te zonderen van referenda. Zulke regelingen doen alsof politici een soort halfgoden zijn, die bijzondere inzichten en vermogens hebben die gewone stervelingen ontberen.
Kunnen burgers overal over meebeslissen? Hebben ze overal verstand van?
AN: Nee, maar dat geldt natuurlijk ook voor politici. Er zijn bepaalde terreinen waarbinnen je helemaal niet democratisch zou moeten beslissen. Ik zie vooral twee zulke terreinen. Enerzijds is dat het gebied wat je nog het beste het geestesleven kunt noemen: het gebied van onderwijs, media, religie, de wetenschappen, vrijwillige burgerorganisaties, enzovoort. Anderzijds is dat de eigenlijke economie, het gebied van productie, distributie en consumptie van goederen en diensten. Die zouden vormen van zelfbestuur moeten hebben, onder meer omdat je specifieke kennis van zaken moet hebben, maar ook omdat iedereen binnen die gebieden het recht heeft om andere keuzes te maken dan de meerderheid. In het onderwijs heeft de meerderheid bijvoorbeeld naar mijn mening niet het natuurlijke recht om minderheden te vertellen hoe ze hun onderwijs moeten inrichten. Iedereen moet hier de vrije keuze en het vrije recht van initiatief hebben. De algemene democratie is voor zulke gebieden niet geschikt, en het maakt daarbij niet uit of je via parlementen of via directe democratie beslist.
In feite is er tegenwoordig geen scheiding tussen het democratische staatsleven en het geestesleven, zoals Rudolf Steiner bepleitte. De staat en het geestesleven zijn overal op een heel ongezonde manier verstrengeld. Politici doen in feite alsof zij vertegenwoordigers van het geestesleven zijn, met alle bijzondere kennis en vaardigheden die daarbij horen, en dat zij van daaruit meer rechten zouden moeten hebben dan burgers. Maar dat is helemaal niet zo. Elke burger kan bijvoorbeeld politicus worden, zonder opleidingen te volgen of proeven van bekwaamheid af te leggen. Hij hoeft alleen maar genoeg stemmen van andere burgers te krijgen. En dat is ook goed zo. Maar we moeten dan wel goed beseffen dat politici typisch helemaal geen bijzondere kennis of vermogens hebben, maar juist generalisten zijn net zoals burgers dat in het democratische gebied ook typisch zijn. Als burgers ergens niet over moeten beslissen omdat ze de kennis van zaken missen, dan geldt dat mutatis mutandis ook voor hun vertegenwoordigers.
Hoorde ik dat jullie werken aan een nieuwe beweging?
AN: Ja. Sinds kort hebben we binnen het Referendum Platform sterk het gevoel dat er een nieuwe openheid in het publieke debat is voor maatschappelijke vernieuwing. Zowel burgers als politici staan open voor veranderingen die eerder niet denkbaar waren. Daarom werken we aan de oprichting van een nieuwe beweging die veel meer Nederlanders moet gaan betrekken bij de strijd voor echte democratie. Onze werknaam is Meer Democratie, net als onze Duitse zusterbeweging Mehr Demokratie die in Duitsland heel succesvol is geweest. De nieuwe beweging gaat zich niet alleen inzetten voor referenda en volksinitiatieven, maar voor allerlei democratische innovaties zoals meer gekozen bestuurders, een beter kiesstelsel en openstelling van politieke ambten voor alle Nederlanders, niet alleen leden van de vier grote politieke partijen. Een eerste deel van de financiering is rond, we zijn nu op zoek naar het resterende deel. We hopen hier spoedig meer over te kunnen melden.
Meer informatie: meerdemocratie.nl