Corona tast de democratie aan

“In een voldragen democratie zijn er drie momenten waarop de regering wordt gecontroleerd. Eerst is er een parlementair debat, vervolgens zijn er de media (vierde macht) en ten slotte is er de individuele rechtsbescherming die elke burger toekomt,” althans zo stellen Veerle Wouters en Hendrik Vuye in Knack 09-03-2021

In een waarachtige democratie moet de waakhondfunctie van het volk en een echt controlesysteem aanwezig zijn, die waakt over de rechtsbescherming van de burgers. De burgers hebben er het laatste woord. Zij kunnen zelfs via een correctief referendum op burgerinitiatief de als onrechtvaardig en buitenproportioneel ervaren beslissingen terugdraaien. Wanneer het “recht” van de burgers “de uitvoerende macht niet meer temperen kan, dan gaat de uitvoerende macht met gemak of zonder enig tegengespartel van de toeziende macht, volledig haar eigen gang.” Op die manier voelt die uitvoerende macht zich algauw almachtig. Die almacht kan ook tot extreme uitwassen leiden wanneer er externe druk wordt uitgeoefend op deze peiler van de democratie. Zoals een volk dat net aan allerlei onfaire of onvoldoende onderzochte praktijken wordt blootgesteld, in plaats van ertegen te worden beschermd.

Veerle Wouters en Hendrik Vuye schrijven in Knack van 9-03-2021:

“Onze democratie faalt. Over de Corona-barometer wordt al lang niet meer geschreven of gesproken, maar zeker is dat België donkerrood scoort op de democratie-barometer”... “In een voldragen democratie zijn er drie momenten waarop de regering wordt gecontroleerd. Eerst is er een parlementair debat, vervolgens zijn er de media (vierde macht) en ten slotte is er de individuele rechtsbescherming die elke burger toekomt. Corona leert evenwel dat die drie controlemomenten meestal falen. Dit is een bijzonder pijnlijke vaststelling….De Kamer: het hart van de democratie dat niet meer klopt De Kamer is de grote afwezige tot nu toe. De Volksvertegenwoordigers staan buitenspel….Wat gaan we nu doen? Gaan we de democratie nieuw leven inblazen? Gaan parlementsleden eindelijk eens hun kiezers vertegenwoordigen in plaats van aan de leiband van hun voorzitter te lopen? Wordt het schoothondje van de democratie opnieuw een waakhond? Wordt rechterlijke controle opnieuw het 'aristocratische element' van onze instellingen? Of is de toestand niet alleen ernstig, maar zelfs al hopeloos?”